Dankbaarheid begint niet pas als alles meezit

Gepubliceerd op 10 juli 2025 om 12:00

Dankbaarheid tussen de rondslingerende sokken en puberdrama’s

Soms, als ik weer eens struikel over een berg wasgoed die duidelijk niet de weg naar de wasmand heeft gevonden, of als ik een puber hoor schreeuwen dat ik “echt níks snap” (want ja, hoe kan iemand van boven de 40 überhaupt iets snappen?), dan betrap ik mezelf op een diepe zucht. En misschien... heel misschien... heb ik me dan ook wel eens afgevraagd of het sociaal geaccepteerd is om je kinderen achter het behang te plakken. Spoiler: dat is het niet. Jammer.

Maar weet je wat? Juist in die chaotische momenten, als ik tussen puberdrama’s, pizzadozen en hormonale achtbanen laveer, voel ik ergens een diepe dankbaarheid. Want ze zijn er. Mijn kinderen zijn gezond, ze groeien op, ontwikkelen hun eigen mening (soms iets te nadrukkelijk...), en ontdekken wie ze zijn. En hoe intens en vermoeiend dat soms ook is – het is ook een groot cadeau.

Ik ben dankbaar voor mijn man, die me aan het lachen maakt als ik dat nodig heb, die er is – in alle gewone en ongewone momenten. Dankbaar voor het dak boven ons hoofd, waar we kunnen leven, schuilen, knuffelen, ruzie maken en weer goedmaken. Dankbaar voor mijn ouders, die met liefde hun best deden om mij groot te brengen – met vallen, opstaan en alles daartussenin.

En ja, ik ben dankbaar voor mezelf. Voor wie ik geworden ben. Niet perfect, maar echt. En juist dat maakt het leven waardevol.

Toch weet ik – juist in mijn werk als therapeut – dat dankbaarheid niet altijd vanzelf komt. Misschien herken je het wel: de sleur, de zorgen, het gevoel dat je altijd tekortschiet. Misschien heb je weinig om je heen dat vanzelfsprekend voelt, en lijkt alles een strijd. Dan is het lastig om ‘even dankbaar’ te zijn. Want hoe kun je dankbaar zijn als je elke dag aan het overleven bent?

 

We hoeven dankbaarheid ook niet te forceren. Het hoeft geen spirituele prestatie te zijn. Soms begint het met iets kleins. Een warme kop thee. Iemand die écht luistert. Of het simpele besef dat je er nog bent – ondanks alles.

En als jij merkt dat het lastig is om nog iets te voelen wat lijkt op dankbaarheid – weet dan: dat is oké. Je hoeft niet te doen alsof. Maar je mag wél hulp vragen als je merkt dat het je even niet lukt.

Daarin denk ik graag met je mee. Niet zweverig, wel oprecht. En met beide voeten op de grond.

 

Een warme groet met sokken op de vloer ;-) 

Marion


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.